Duurtest: 1500 kilometer met de Shimano XTR Di2
Door Olivier Béart -
Na onze eerdere artikels waarin we dieper ingingen op de presentatie en de montage van de nieuwe Shimano XTR Di2-groep, lees je hier alles over onze duurtest van de fameuze elektrische groep. Deze elektrische groep vervangt de traditionele stalen kabels van de aandrijving door kleine junction boxes die met kabels verbonden worden. Is de komst van de elektrische fee bij de mountainbike-aandrijvingen een goede zaak? Is de groep betrouwbaar? En wat met de slijtage van de onderdelen van de XTR 11-speed groep? Om daar een antwoord op te kunnen geven, hebben we de Shimano XTR Di2-groep gedurende zes maanden en 1500 kilometer aan een test onderworpen. En dit is ons verdict.
Moest je onze vorige artikels nog niet gelezen hebben, aarzel dan niet om het artikel over de presentatie van de Shimano XTR Di2-groep en het artikel over de volledige montage van deze nieuwe aandrijving te raadplegen. In dit artikel is het tijd voor de praktijk en willen we je onze indruk geven na een duurtest van wat de geschiedenis ingaat als de eerste elektrische aandrijving die speciaal ontworpen werd voor de mountainbike.
Sinds we de Shimano XTR Di2-groep op onze Open O-1.1 monteerden, hebben we de groep niet gespaard. Maar liefst vier verschillende testers hebben de groep in verschillende omstandigheden getest, gaande van de stenen van Zuid-Frankrijk tot de beruchte Belgische modder waar de Shimano XTR Di2-groep vele malen in werd ondergedompeld. Voor deze test hebben we ons gericht op een gebruik van de groep in XC en marathon, maar weet dat de groep ook door vele toprenners in enduro wordt gebruikt. Hieronder zie je enkele foto’s van de groep na afloop van enkele van onze veeleisende tochten …
Laten we nu, onderdeel per onderdeel, de balans opmaken nadat we 1500 kilometer hebben gereden met de Shimano XTR Di2.
Batterij, autonomie, elektronica en verbindingen: vlekkeloos
Dit is ongetwijfeld één van de belangrijkste vragen die iedereen zich stelt: doet de elektronica van de XTR-groep wat ervan verwacht wordt bij mtb-gebruik? Het antwoord is klaar en duidelijk ja! Natuurlijk beschikt Shimano met de Dura-Ace Di2 en Ultegra Di2 reeds over veel ervaring op de weg, en deze groepen worden ook in het veldrijden gebruikt, maar de omzetting naar de mountainbike was toch niet zo eenvoudig. Shimano deed dit echter vlekkeloos!
Het eerste element dat ons positief heeft verrast, is de batterij van de Shimano XTR Di2. We moesten tijdens onze test van 1500 kilometer slechts drie maal de oplader bovenhalen! Ongeacht de weersomstandigheden, konden we zonder probleem 500 kilometer puur mountainbiken (en veel schakelen) alvorens in de reserves te duiken. We hebben zelfs een keer het risico genomen om met nog slechts twee streepjes op de display aan een marathon van 100 kilometer deel te nemen. Pas de volgende dag, toen we gingen losrijden, daalde het waarschuwingslampje tot één streepje. Kortom, knap!
Ook over de waterdichtheid niets dan goeds. Ondanks de modder en tochten van vier tot zeven uur in zeer natte omstandigheden, waarbij de derailleur ook werd ondergedompeld in het water als we een riviertje moesten oversteken, kenden we niet het minste probleem met de verbindingen. De derailleurs werken nog steeds perfect, net zoals de blokkering van de Fox iCTD-vork. Ook hier dus enkel maar lovende worden! Laat ons nu de derailleurs wat nader bekijken.
Shimano XTR Di2: derailleurs die zich bewijzen
Wat betreft de derailleurs is de balans bijzonder positief. Gezien hun astronomisch hoge prijs (zie aan het einde van dit artikel) is dit maar best ook. We zijn vooral blij dat de achterderailleur zijdelings amper uitsteekt, waardoor hij slechts lichtjes is blootgesteld aan impacts en schokken.
Oké, omdat onze test gericht was op een gebruik in crosscountry en marathon werd de derailleur iets minder blootgesteld aan impacts dan tijdens een enduro, maar de achteras draagt toch enkele krassen die tonen dat we wel heel dicht bij grote rotsen zijn gepasseerd, zonder dat de derailleur beschadigd werd.
Als we de slijtage van de achterderailleur bekijken, dan ziet deze er nog zeer goed uit. Enkel de tandjes van het onderste derailleurwieltje zijn stevig afgesleten. Deze tandjes zijn van origine al niet echt hoog, maar hier moet je er toch over nadenken om dit onderdeel snel te vervangen. Het bovenste derailleurwieltje is echter nog als nieuw. Op de derailleur zit na afloop van onze test geen speling en hij werkt verbluffend efficiënt. We konden dan ook in alle omstandigheden zonder de minste inspanning schakelen, en dat met een duivelse precisie.
In de centrale unit kan je de derailleurs fijn afstellen en eens we dit gedaan hadden, moesten we er nooit meer naar omzien. Logisch, want er is geen metalen kabel die wordt uitgerokken of een buitenkabel die met de tijd krimpt! De XTR is dan ook ongetwijfeld één van de eenvoudigste groepen om af te stellen en te onderhouden, waardoor hij ook een goede keuze kan zijn voor de (gefortuneerde) bikers die technisch niet echt handig zijn of voor bikers die gewoon niet veel tijd hebben om veel aan hun fiets te sleutelen.
De voorderailleur is vrij hoog, maar niet te lang, zodat hij niet te dicht in de nabijheid komt van de achterband. De Sram Direct Mount S2-derailleur die voordien op onze Open gemonteerd stond, had meer de neiging om achteraan modder op te hopen dan deze Shimano XTR Di2-derailleur en dus ook om ter hoogte van het wiel een opstopping te creëren.
Het schakelen van het ene kettingblad naar het andere verloopt ongelooflijk zacht, en dankzij de elektronica en de kracht van de kleine motor is het ons niet één keer voorgekomen dat we niet konden schakelen. Net zoals achteraan trad er geen speling op en zien we geen gebruikssporen na afloop van de test. Feilloos dus.
SynchroShift: een optie die overtuigt
Optioneel kan je samen met de Shimano XTR Di2-groep ook gebruikmaken van het SynchroShift-systeem, waarvan het principe in onderstaande video wordt uitgelegd. Dit procédé, dat in de jaren negentig werd ontwikkeld door het Franse bedrijf EGS, laat toe om zowel vooraan als achteraan met één en dezelfde shifter te schakelen. In die tijd ging het om een complex mechanisch procédé en toen het bedrijf failliet ging, kocht Shimano het brevet over. En nu past Shimano dit procédé dus toe op zijn Di2-groep.
[field name=iframe]
In het begin waren we er sceptisch over en we vroegen dan ook aan Shimano om aan de linkerkant van ons stuur ook een shifter te monteren voor de voorderailleur. Uiteindelijk hebben we die zo goed als nooit gebruikt en al onze testers waren overtuigd over de werking van de SyncroShift. Het is een goede zaak dat je niet verplicht bent om de SynchroShift te monteren, maar met al de personaliseerbare opties die via de E-TUBE-software beschikbaar zijn, is het moeilijk om er niet weg van te zijn en om geen instelling te vinden die voldoet aan je wensen.
Je kan op voorhand twee standen programmeren, S1 en S2, die je vervolgens tijdens het rijden kan selecteren via de display op het stuur. Onder S1 hadden we de SynchroShift-functie geprogrammeerd voor rustige tochten, waarbij we vooraan automatisch van kettingblad schakelden als de ketting in het midden van de cassette kwam te liggen. Dit om te vermijden dat de ketting te schuin kwam te liggen, waardoor de levensduur van de aandrijving kan verlengd worden. Op het terrein bleek deze instelling niet echt geschikt voor een stevig gebruik en we hebben deze instelling dan ook weinig gebruikt. Onder S2 configureerden we een ‘race’-instelling, waarbij de aandrijving over de hele cassette op het grootste kettingblad blijft liggen. Pas als we achteraan naar het grootste kransje met 40 tanden schakelden, schakelde de SynchroShift vooraan automatisch naar het kleinste kettingblad. Tegelijkertijd zakten we ook achteraan automatisch twee kransjes op de cassette. Omgekeerd schakelde de SynchroShift pas terug naar het grootste kettingblad van zodra we op het tweede kleinste kransje terechtkwamen.
Met onze configuratie met 36/26-kettingbladen heeft onze aandrijving wat weg van een enkelvoudige aandrijving, met dat verschil dat we nu nog een kettingblad met 26 tanden als reserve hebben voor de steilste hellingen of voor momenten dat we compleet ‘dood’ zitten. Deze optie heeft ons meer dan eens door een moeilijke situatie gesleurd en we hadden daardoor de beschikking over de voordelen van zowel een enkelvoudig kettingblad als een dubbel kettingblad (behalve het hogere gewicht)! In onze ‘race’-stand hebben we nooit het gevoel gehad dat de SynchroShift op een ongeschikt moment in actie trad. Volgens ons gaat het hier dan ook over een zeer goed idee dat 95% van de bikers zal bevallen. De overige 5% kunnen nog steeds opteren voor de manuele optie met twee shifters. Wij zullen in het vervolg nog maar één shifter op ons stuur monteren als we met de XTR Di2 2×11-groep onderweg zijn, want wij zijn meer dan overtuigd van de SynchroShift-functie!
Shifters: aanpassingstijd nodig
Shimano profiteerde van de komst van de Di2 in de mtb-wereld om de ergonomie van zijn shifters grondig onder handen te nemen. De shifters zijn zeer compact en licht, en ze vinden makkelijk een plaats op het stuur. Toch is er een klein verschil te merken bij de shifters ten opzichte van wat we bij de klassieke mechanische shifters van Shimano en Sram gewoon zijn, waardoor er wat aanpassingstijd nodig is.
Van origine dient de onderste shifter om op te schakelen en de bovenste om af te schakelen, zoals op een traditionele mechanische aandrijving. Maar op de Di2-shifters is de onderste shifter verder van de biker verwijderd dan de bovenste, wat exact het tegenovergestelde is dan bij de traditionele mechanische shifters. Meer nog dan de notie hoog/laag, merkten we dat onze hersenen vooral ingesteld waren op vooraan/achteraan! Dit zorgde in het begin van de test dan ook voor heel wat geschakel in de verkeerde richting. Na enkele weken beslisten we om de functie van de bovenste en onderste shifter met elkaar te verwisselen, want dat is nog een andere kracht van de elektronica: als de originele functies je niet bevallen, dan kan je deze via de E-TUBE-software wijzigen! Nadat we de functies omkeerden, vonden we ons geluk.
We onthouden dan ook vooral dat de mogelijkheden om op de XTR Di2 alles aan eigen wens aan te passen, allesbehalve een gadget is! Ook bij de duurzaamheid van de shifters merkten we geen problemen op en de rubber hendels van de shifters zijn nog als nieuw. Het enige kleine minpuntje dat we konden opmerken, was de vrij kleine bout om de shifter op het stuur te monteren, waardoor het niet gemakkelijk is om de shifter voldoende vast op het stuur te monteren. Bovendien heeft deze bout ook de neiging om te roesten …
Crankstel: een onaanvaardbare slijtage
Dit is DE grootste ontgoocheling van deze test! Het crankstel is het pronkstuk van elke aandrijving; het onderdeel dat je als eerste ziet en dat de ‘handtekening’ is van een groep. Monteer maar eens een XTR-crankstel met een XT- of SLX-groep en stel de vraag maar eens aan je vrienden: op het eerste zicht zullen ze allemaal geloven dat je met een volledige XTR-groep rijdt. Dit om het belang van dit onderdeel aan te tonen in termen van imago. En het is net daar dat Shimano met een belabberde afwerking de bal volledig heeft misgeslagen!
De foto’s spreken voor zich: de linkertraparm is volledig afgeschuurd en ook op de rechtertraparm verschenen er al snel krassen die alleen maar erger werden in de loop van onze test. Op de twee vorige generaties van de XTR-groep had Shimano nochtans het goede idee om de zones van zijn crankstel die het meest werden blootgesteld te polijsten. Enkel de zones die amper aan wrijvingen werden blootgesteld, kregen een kleurlaag. We vragen ons af door welke vlieg de ingenieurs en designers van het merk zijn gestoken om hier een stap terug te zetten.
Als je dit crankstel zou aanschaffen, is ons advies dan ook om het meteen te beschermen met een dikke film (wat wij niet gedaan hebben, want het doel van deze test is om de groep in zijn originele configuratie op de proef te stellen)! En deze belabberde afwerking is des te jammerlijker omdat de rest van het Shimano XTR M9000-crankstel wel van een goede kwaliteit is (in het bijzonder de kettingbladen). Kleine randopmerking: ons BB30-frame liet niet toe om het Shimano XTR-crankstel van de laatste generatie te gebruiken. We onthouden ons dan ook van elke commentaar daaromtrent, maar Shimano heeft een goede reputatie wat betreft de betrouwbaarheid.
XTR kettingblad, ketting en 11-speed cassette: het duurzame trio
Naast de slecht afgewerkte traparmen, is het Shimano XTR M9000-crankstel uitgerust met kettingbladen die wel de reputatie van het merk eer aan doen! De kettingbladen zijn dus wel duurzaam en betrouwbaar. Oef, de eer is gered! De snelheid en het gemak waarmee de ketting van het ene naar het andere kettingbad gaat, is nog een ietsje beter ten opzichte van het vorige model. Toch wel, dat is mogelijk! Op het grote kettingblad zien we aan de randen wel enkele gebruikssporen, maar niets abnormaals. We denken dan ook dat we nog minstens twee maal dezelfde afstand kunnen afleggen met de kettingbladen alvorens ze aan vervanging toe zijn. Het kleine kettingblad uit titanium is nog als nieuw!
Ook over de cassette kunnen we alleen maar lovend zijn. We hebben enkel wat sporen gezien op de anodisatie van het grootste aluminium kransje van 40 tanden, maar de tanden zelf zijn nog in uitstekende staat. Op de rest van de cassette zijn zo goed als geen gebruikssporen te zien. Vermits ook de cassettes van Sram betrouwbaar en duurzaam zijn, kon Shimano zich hier geen misstap veroorloven, wat dus ook niet gebeurde. Op voorwaarde dat je de ketting tijdig verwisselt, kunnen we ons voorstellen dat je zonder problemen meer dan 5000 kilometer zal kunnen rijden met de cassette.
Eindigen doen we met de ketting: die doet wat ervan verlangd wordt, maar niet meer dan dat. Tot het verschijnen van de XTR 10-speed hinkten de duurzaamheid en stevigheid van de kettingen van Shimano wat achterop, maar Shimano heeft wel een sprong voorwaarts gemaakt. We stelden eerder bij Sram al vast dat 11-speed kettingen een even lange levensduur kennen als 9-speed of 10-speed kettingen en ook hier is dat het geval, ondanks dat we hier te maken hebben met een dubbel kettingblad. Na onze test van 1500 kilometer bleek bij het nameten dat de ketting met 0,1 millimeter was uitgerekt, een teken dat we de ketting moeten vervangen. Maar we kunnen hier spreken van een normale slijtage. De ketting is nooit gebroken, ook al schakelde de XTR Di2 soms heel abrupt om toch maar onze zin te krijgen in extreme omstandigheden, en dat kan ernstige schade toebrengen aan de ketting maar deed het dus niet.
Remmen: herexamen
Na het crankstel zijn de remmen de tweede ontgoocheling van deze test. We hadden er nochtans veel van verwacht, te meer omdat we wel fan zijn van de vorige XTR BR-M980, alsook van de XT, SLX en Deore. Maar het lijkt erop dat Shimano in zijn zoektocht om wat gewicht te winnen, hier de verkeerde keuzes heeft gemaakt die de betrouwbaarheid ondermijnen. We konden zelf ook niet de exacte oorzaak van het probleem identificeren, maar we denken onder meer aan het gebruik van magnesium waarmee al heel wat andere merken ook problemen hebben ondervonden. Of aan de organische rembokjes met een keramische schoen die heel gevoelig blijken voor vuil. We denken ook aan het terugkeren van de zuigers, die bij herhaaldelijk remmen de neiging hebben om onvoldoende terug te keren en te dicht bij de remschijven blijven staan.En dat is jammer, want de ergonomie van de remmen is top en het gewicht plaatst hen bij de lichtsten die op de markt beschikbaar zijn. De remhendel neemt weinig plaats in beslag en ook de vorm van de carbon remhendel vinden we geweldig, want deze ligt aangenaam in de hand als je met één of twee vingers remt. Op het Race-model is het enkel jammer dat de stelschroef om de reach van de remhendel te regelen, zo moeilijk bereikbaar is. Als je ook nog eens de blokkering van de Fox iCTD-vork op je stuur hebt staan, dan moet je zelfs de volledige beugel van de remhendel losvijzen en deze beugel licht verplaatsen op het stuur om aan de stelschroef te kunnen. En ook al zal je dit weinig moeten doen, toch kan dit beter.
De Shimano XTR BR-M9000 Race-remmen hebben ons nooit volledig in de steek gelaten, maar we waren ook nooit volledig tevreden over hun werking. De remkracht is correct, niet meer, maar ze hebben wel sterk de neiging om oververhit te geraken, waardoor het bijtpunt varieerde en het gevoel van de remhendel vaag was. Hoewel we altijd zeer aandachtig opletten en in het verleden nooit een set remblokjes bezoedeld hebben, lijkt het erop dat de XTR Race remblokjes uit hars zeer gevoelig zijn en dat er enkele druppeltjes olie op zijn gemorst. Misschien zijn deze druppeltjes afkomstig van de rem zelf, wie zal het zeggen? Gevolg was dat de remkracht nog verminderde en het remmen schokkend verliep. Ook de M9020 Trail-modellen waarmee we op enkele testfietsen hebben gereden, werden niet gespaard van problemen, wat meerdere collega’s van ons ook hebben aangehaald.
Nadat we Shimano hadden ingelicht over dit probleem, ontvingen we nieuwe remschijven en meerdere remblokjes van verschillende types (metalen remblokjes met of zonder koelvinnen, nieuwe organische remblokjes met een keramische schoen, enz). We gingen verder met onze test en als er weer problemen zouden opduiken, dan zouden we een nieuwe set remmen ontvangen. Op dit moment lijkt de situatie met de nieuwe remschijven en de metalen remblokjes een beetje verbeterd, maar we willen er eerst nog wat meer mee rijden om echt 100% overtuigd te zijn. We zullen je dan ook op de hoogte houden door later, als een soort tweede kans, een complete test te publiceren van de remmen …
Edit: Sinds de publicatie van dit artikel ontvingen we een nieuwe set remmen, waarvan de test heel wat duidelijker was. Die test kan je hier nalezen: www.vojomag.nl/test-shimano-xtr-race-remmen-opnieuw-in-de-gratie/
XTR M9000-wielen: op alle vlakken goed
Tijdens onze duurtest van de XTR Di2 hebben we ook met andere wielsets gereden om deze te testen. We verkiezen dan ook om eerst nog wat meer met de XTR-wielen op stap te gaan alvorens uitsluitsel te geven over de betrouwbaarheid ervan. In een later artikel zullen we dan ook dieper ingaan op de XTR M-9000-wielen. We kunnen al wel vertellen dat het demonteren van tubeless banden makkelijk verloopt en dat ze prachtig zijn afgewerkt.
We zullen er later in detail op terugkomen, maar we geven nog even mee dat we het rijgedrag van de XTR-wielen waardeerden, in het bijzonder omdat ze comfortabel en vergevingsgezind zijn. Bergaf vervormen ze net zoveel als nodig is om iets meer stabiliteit te bieden en ze filteren de schokken goed. Voor xc-wielen uit het topsegment is het gewicht eerder aan de hoge kant en het rendement en het dynamisme zijn maar net goed. We begrijpen dan ook waarom heel wat renners, die door Shimano gesponsord worden, verkiezen om enkel XTR-naven te gebruiken in combinatie met een artisanale montage en bredere velgen.
De wielen kosten iets meer dan 1000 euro voor een set. In vergelijking met andere wielen uit dezelfde categorie, klasseren we ze boven de Mavic CrossMax SL, maar onder de Asterion Edition One.
Pedalen: nog steeds de referentie
Het is moeilijk om bij de eerste blik te merken wat er veranderd is aan de XTR M9000-pedalen, maar ze zijn wel degelijk licht onder handen genomen ten opzichte van het vorige model. Ze verliezen enkele grammen (een twintigtal) en de modder wordt nu beter afgevoerd. Op het terrein voel je duidelijk dat je nog makkelijker in de pedalen kan klikken en we hebben ook het gevoel dat het contact tussen de schoen en de pedaal verbeterd is. We flirten hier dan ook met de perfectie. Deze pedalen vergezelden ons ook op heel wat andere tochten buiten deze test om, zodat we er op dit moment minstens 2000 kilometer mee hebben afgelegd zonder het minste probleem of de minste speling. Feilloos dus!
Pro Tharsis Di2: integratie, maar niet meer dan dat
Voor een volledig geïntegreerde montage van de elektronische onderdelen van de Shimano XTR Di2-groep, heeft Pro, het onderdelenmerk van Shimano, een specifieke versie ontwikkeld van de Tharsis-serie. De afwerking daarvan is prachtig en de integratie van de Di2 is goed doordacht (hier vind je meer details). Toch lieten deze onderdelen ons op bepaalde punten een beetje op onze honger zitten.
Over het stuur kunnen we kort zijn. Het is stijf en heeft een aangename bocht en een duurzame afwerking die resistent is tegen krassen. Dit stuur zal dan ook nog lang op onze testfiets blijven staan. Van de stuurpen waren we echter minder fan. Ten eerste bestaat er geen korte versie van deze stuurpen (minimum 80 millimeter), wat op bepaalde fietsen een handicap kan zijn, zeker sinds de huidige trend meer gericht is op kortere stuurpennen en een langere reach. De stuurpen is ook enkel met een negatieve hoek beschikbaar en ze kan niet omgedraaid worden.
En het geïntegreerde systeem met de grote moer om het balhoofd vast te zetten (aangezien we door de kabels van de Di2 geen klassieke kap of ster kunnen gebruiken), leverde ons na ongeveer 750 kilometer enkele problemen op. In het begin ging alles goed en trad er geen speling op, maar nadien konden we de stuurpen niet meer opnieuw perfect vastzetten. Het tooltje dat wordt meegeleverd is niet het handigste en we konden er het probleem niet mee oplossen. De technici van Shimano die we tegenkwamen op de Roc d’Ardenne slaagden er met hun professionelere gereedschap wel in om de situatie wat te verbeteren. Dus ook al hadden we er in het begin het volste vertrouwen in, toch heeft onze duurtest duidelijk aangetoond dat deze oplossing niet betrouwbaar genoeg is.
De zadelpen dan. Ook daar geen probleem met de betrouwbaarheid, ook niet met de zadelklem. Het gaat nochtans om een systeem met een centrale bout dat ons bij andere merken al harde noten heeft doen kraken. Pro lijkt het systeem echter goed onder de knie te hebben. Enkel spijtig dat ze niet compatibel is met carbon rails. In de zadelpen huist ook de batterij van de XTR Di2 en we kenden er geen problemen mee: alles bleef perfect op zijn plaats zitten. Toch zwieren we de zadelpen na deze test van onze fiets wegens te stijf. Ze is dan ook meer geschikt voor een full suspension dan voor een hardtail, want op een hardtail vermindert ze het comfort te veel. En ze is ook niet meteen van de lichtste.
Algemeen beschouwd zou je kunnen zeggen dat Pro met de Tharsis Di2-onderdelen er goed in slaagt om de Di2 te integreren, maar de onderdelen lijden toch nog aan enkele kleine foutjes waardoor ze er niet in geslaagd zijn om ons volledig te overtuigen.
Fox F32 Float iCTD-vork: een welgekomen vernieuwing
We blijven niet te lang stilstaan bij de Fox F32 Float iCTD-vork die we hier hebben getest, want het Amerikaanse merk heeft dit model ondertussen volledig vernieuwd.
Wat het iCTD-deel betreft, te weten de elektrische bediening van de blokkering van de vork, hebben we tijdens deze test geen enkel probleem ondervonden met de werking ervan. Net als de rest van de Di2-onderdelen, staat ook dit perfect op punt en is het betrouwbaar en waterdicht. De bediening van de hendel verloopt soepel en de E-TUBE-software van Shimano zorgt ervoor dat je de richting kan omdraaien in dewelke je de hendel moet draaien om de vork te blokkeren of te deblokkeren naargelang je eigen wensen. Op de foto’s hierboven zie je de weergave van de display van de XTR Di2.
De hendel is best aangenaam om te bedienen, maar doet heel plastic-achtig aan en de afwerking laat wat te wensen over. Als je bijna 2000 euro neertelt voor een vork, mag je toch wel verwachten dat elk detail goed bedacht en verzorgd is, wat hier niet het geval is. Volgens ons is deze blokkering op een hardtail eerder een gadget en brengt ze niet veel meer bij dan een gewoon minder duur mechanisch model. Maar op een full suspension, waar je minder goed aan de blokkering van de demper kunt en waar de kabel van de mechanische hendel op het stuur hinderlijk is, kan het sop wel de kolen waard zijn. Maar hierdoor stijgt het benodigde budget nog meer … Wij zouden dan ook eerder opteren om nog wat te wachten tot Fox een echte automatische bediening van de voorvork aanbiedt (een beetje zoals de eLECT van Magura) alvorens er in te investeren.
Verdict
De eindbalans van deze test geeft een zeer gemengd beeld. Aan de ene kant is Shimano er in geslaagd om allemaal goede elektronische onderdelen te maken, terwijl net dat het meest innoverende deel is met het meeste risico op missers. Anderzijds slaat de Japanse reus de bal serieus mis op de meer klassiekere (maar wel complexe) onderdelen als de remmen, of maakt ze verkeerde keuzes wat betreft de afwerking van bepaalde onderdelen, terwijl ze daar in het verleden wel goede oplossingen voor hadden (we denken aan het crankstel). Je kan het vergelijken met een grote sterrenchef die perfect de kleinste details van de moleculaire gastronomie beheerst, maar die er niet in slaagt om een perfect ei te koken. En dat is best frustrerend. Onze beoordeling houdt dan ook rekening met dit aspect: de Di2 op zich is echt wel een geslaagd product dat zes sterren zou verdienen, maar door de mindere randonderdelen verliest de Di2 toch enkele sterren. En dan is er nog de, bijna onfatsoenlijk, hoge prijs. We hopen dan ook dat er snel een XT Di2 zal volgen die, net zoals de Ultegra doet op de weg, deze mooie innovatie wat goedkoper zal maken.