Bike Check | De BH Ultimate Evo Unique van Vojo

Wie een passie heeft voor iets, droomt soms over dingen die onbereikbaar zijn. Maar soms worden dromen waar. Om de lancering van het BH Unique-programma kracht bij te zetten, schonk het Spaanse merk het allereerste Ultimate Evo-frame aan jullie favoriete website. Wij maakten er dankbaar gebruik van om op basis van dat frame onze droomfiets in elkaar te knutselen. Alvorens tot de terreintest over te gaan en hem te confronteren met het seriemodel, kunnen we er dan ook niet aan weerstaan om deze 100% custom bike aan jullie voor te stellen.

Full suspensions mogen tegenwoordig wel het leeuwendeel van de markt tot zich nemen in het xc-gebeuren, toch geloven sommige merken zoals BH nog steeds in een toekomst voor hardtails … op voorwaarde dat men er de nodige middelen aan besteed om ze up-to-date te houden.

En zo kwam ook de nieuwste BH Ultimate Evo tot stand. Het frame kreeg een moderne geometrie, waarbij veel aandacht werd besteed aan de achterkant. Die moest namelijk in staat zijn om te vervormen en trillingen te absorberen. We stelden het seriemodel al eerder aan jullie voor, daar lees je hier alles over: www.vojomag.nl/news/nieuw-2020-bh-ultimate-evo. In dit artikel concentreren we ons enkel op de montage van dit 100% custom model.

Een uniek frame

Wanneer we het over 100% custom hebben, dan betekent dat meer dan enkel maar de mogelijkheid om de onderdelen te kiezen. Ook het frame is immers uniek! Samen met Orbea bewijst BH dat Spanje een voorloper is op dit gebied, want het merk biedt sinds begin 2020 zijn eigen BH Unique-programma aan. De Ultimate Evo kreeg de eer om dit programma in het mountainbikesegment te lanceren, maar andere modellen zullen spoedig volgen.

Het logo van Vojo vond – nog voor de vernislaag werd aangebracht – een plaats op de bovenbuis van het voor de rest sober uitgevoerde frame. Op een andere plaats zien we ‘het bewijs’ dat het om een zeer exclusief exemplaar gaat, te weten niet meer of minder dan het nummer #001!

Van zodra de laklaag droog was, werd het frame naar onze redactie opgestuurd. En het minste dat we kunnen zeggen is dat het frame er subliem uitziet.

We kunnen het dan ook niet laten om nog enkele foto’s te delen die we in onze studio hebben gemaakt.

Dit is ook het perfecte moment om het frame even aan de haak te hangen en het gewicht te verifiëren. BH kondigt op zijn site een gewicht aan van 830 gram voor een ongelakt frame in een kleine maat. Onze large met laklaag en de cups van het balhoofdstel komt uit op 980 gram. Geen recordwaarde, maar daarmee hoort hij wel tot het clubje van de lichtste 29ers die er te vinden zijn.

Daar komt nog het gewicht bij van de schroefas (148×12), een aluminium exemplaar met in het midden een versmalling, en de balhoofdconussen. Het balhoofdstel komt van Acros en is voorzien van een ‘begrenzer’ om stootschade van vork of stuur aan het frame te voorkomen.

Onderdelen van Tune

Het Duitse Tune is gespecialiseerd in het vervaardigen van lichte onderdelen die wereldwijd een goede reputatie hebben. Ze zijn ook verkrijgbaar in vele kleuren. Iets waar wij handig van gebruikmaakten om onze voor de rest sobere BH wat extra cachet te geven.

Stuurpost

Voor de stuurpost kozen we een carbon stuur met een breedte van 750 millimeter en een korte stuurpen van 60 millimeter. We experimenteerden in het verleden al meermaals met de combinatie lang frame / korte stuurpen en met succes. Het was dan ook logisch dat we voor deze optie kozen. Beide hebben een diameter van 31,8 millimeter, wat meer dan genoeg is voor crosscountry waar we persoonlijk een diameter van 35 millimeter wat overkill vinden.

De stuurpen weegt net geen 100 gram. Over de stijfheid hebben we het later in onze terreintest, maar de constructie doet vermoeden dat ze perfect geschikt is voor onze doeleinden.

119 gram voor een recht stuur is geen recordwaarde, maar het is ook niet slecht voor een stuur van 750 millimeter. Het accent van de producten van Tune ligt de laatste jaren steeds meer op de functionaliteit en niet langer op het streven naar het allerlaagste gewicht, al blijven de producten van Tune nog steeds zeer licht.

Zo zijn ook de siliconen grips niet van de lichtste, omdat Tune de voorkeur gaf dat ze goed in de hand zouden liggen. Een keuze waar we achter staan en de eerste indruk is alvast uitstekend. Ze blijven ook perfect op hun plaats op het stuur. Daar staat wel tegenover dat ze niet zo gemakkelijk te monteren zijn. Let ook op de naam van Tune die in de grips gegrift staat.

De aluminium kap van de stuurpen en de 3D-geprinte stuurdoppen maken het geheel af. Waar de stuurdoppen mooi op hun plaats blijven zitten, hadden we meer moeite met de expander om het balhoofdstel vast te zetten. De stuurbuis van onze Suntour-vork is uit carbon en we grepen dan ook terug naar de expander die werd meegeleverd door Suntour (30 gram). We behielden wel de kap om het geheel af te werken, al vinden we het wel jammer dat deze niet dezelfde tint heeft als de stuurpen.

Zadel en zadelpen

De BH Ultimate Evo is voorzien voor een zadelpen met een diameter van 27,2 millimeter, een keuze die ingegeven werd om voldoende flex te geven aan dit deel van de fiets en zo voor wat extra comfort te zorgen. Tune heeft overigens een originele zadelpen in zijn catalogus staan, de Leichtes Stück.

Tune wist enkele grammen van het gewicht van de zadelpen te schrapen door op het deel van de aluminium zadelpen dat boven het frame uitsteekt, al het overbodige materiaal weg te frezen. Het levert alvast een aparte look op. Met als resultaat een gewicht van slechts 170 gram (voor een lengte van 400 millimeter) en de capaciteit om bijna net zoveel te vervormen als een carbon model. De bouten zijn uiteraard uit titanium.

Voor het zadel ging onze voorkeur uit naar de laatste versie van de Speedneedle, maar deze was niet op stock voorhanden. Thomas Skubiszewski, de nieuwe internationale verantwoordelijke van het merk, stuurde ons dan maar de Skyracer op … met een gewicht van 69 gram het lichtste zadel uit het Tune-gamma.

Door zijn opvallende look en lage gewicht stellen we onszelf de vraag of het zadel wel geschikt is om te mountainbiken, maar Tune wist ons te verzekeren dat tests hebben uitgewezen dat dit perfect moet kunnen en dus gaan we deze uitdaging niet uit de weg! Op de weegschaal zien we dat Tune ons niets heeft wijsgemaakt over het gewicht. De eerste keer dat we met het zadel rondreden waren we trouwens best aangenaam verrast door de vorm en het comfort. Afwachten wat dit zal geven op langere termijn, maar het is net voor die reden dat we ons graag aan zulke tests wagen.

Het zwarte geheel wordt opgesmukt door een oranje zadelpenklem.

De wielen

En daar houdt het nog niet op, want ook de wielen komen uit de stal van Tune. En ook hier hetzelfde verhaal: we gingen niet ten koste van alles op zoek naar een zo laag mogelijk gewicht. We kozen voor de Tune Blackburner Skyline 29 World Cup Replica-wielen met vrij lage carbon velgen met een interne velgbreedte van 28 millimeter. De platte spaken – die bij het kruisen aan elkaar werden vastgebonden – en zeer lichte naven maken de wielen af.

Die naven zijn echte pareltjes waar de spaken radiaal op worden gemonteerd. Dat is best ongewoon en dient om het geheel stijver maken.

Wij ontvingen bij de wielen een XD-freewheel, maar ondertussen is ook de MicroSpline-versie voor de Shimano 12-speed verkrijgbaar. In de lagers zitten keramische kogels.

Op de weegschaal geeft dit een totaal van 1375 gram voor de twee wielen samen; geen record, want de lichtste 29er-wielen flirten met een gewicht van om en bij de kilogram.

De velgen werden volgens de aanwijzigingen van Tune vervaardigd. Het gaat om een carbon model met een hoogte van slechts 22 millimeter en een interne velgbreedte van 28 millimeter. Extern meten ze 33,5 millimeter. Dat is best breed voor crosscountry en zo’n lichte wielen, maar het moet ervoor zorgen dat de banden hun werk beter kunnen uitvoeren.

Voor de banden viel ons oog op een licht model, de Hutchinson Skeleton 2.15. Onze terreintest zal moeten uitwijzen of de banden te smal zijn voor de velgen, maar met een gewicht van minder dan 600 gram konden we op deze manier toch enkele grammen winnen.

Shimano XTR-aandrijving

We hadden voor een Sram XX1 AXS-aandrijving kunnen gaan, maar omdat we de laatste jaren al wel vaker met Sram rondreden en omdat Shimano met de nieuwste 12-speeds terug op het voorplan aan het treden is, hebben we gekozen voor de laatste nieuwe Shimano XTR. Je kon eerder al onze bevindingen lezen na een duurtest (www.vojomag.nl/duurtest-een-seizoen-met-de-shimano-xtr-12-speed) die we nu verderzetten, want het gaat om hetzelfde exemplaar dat dus al 1000 kilometer op de teller heeft staan. En de XTR 12-speed weegt maar amper meer dan de Sram Eagle XX1 AXS.

Shimano XTR-remmen en Galfer-remschijven

Ook voor de remmen gingen we langs bij Shimano. We weerhielden de Shimano XTR M9100-remmen die we eerder al wel hebben getest in de 4-zuigerversie maar nog nooit in de xc-uitvoering met 2 zuigers. Met een gewicht van 195 gram voor de voorrem (zonder de remschijf) behoren ze tot de lichtste remmen op de markt. De Shimano XTR-schijven waren enkel met zes gaten beschikbaar (Centerlock) en we besloten dan ook om exemplaren van Galfer te monteren. Het voordeel is dat deze nooit de neiging hebben om bij de minste impact te vervormen.

SR Suntour Axon 34 Werx-vork van … 120 millimeter!

We eindigen met een kleine verrassing. In de plaats van een ultralichte Fox F32 StepCast te kiezen, hadden we zin om een keer iets anders te doen en iets kloeker te monteren.

We besloten dan ook om een vork te monteren met poten van 34 millimeter en een veerweg van 120 millimeter, de Suntour Axon Werx. Tijdens onze voorbije test (www.vojomag.nl/test-sr-suntour-axon-werx34-voor-het-stevigere-xc-werk) wist deze vork ons meer dan te overtuigen en ze bleek toen een waardig alternatief voor de Fox F34 SC. Met een gewicht van 1630 gram komen we bijna 300 gram zwaarder uit dan een Fox F32 SC, maar dat is het volgens ons wel waard. We zullen zien hoe de test verloopt en indien nodig verkleinen we de veerweg naar 100 millimeter (wat mogelijk is door een deel van de dempercartridge te wisselen), of stappen we over op een lichtere Fox-vork.

Het slotwoord … voor we tot de terreintest overgaan

Met deze in vele opzichten unieke montage waren we vooral benieuwd naar waar we anno 2020 zouden uitkomen wanneer we onze droomfiets mochten samenstellen. In grammen is het resultaat exact 8310 gram (zonder pedalen, maar met een flinke dosis latex in de banden). Het hoeft geen uitleg dat er ook een stevig prijskaartje aan vasthangt, want voor deze montage moet je toch rekenen op een slordige 7000 euro, en dat op basis van een frame van … 1699 euro. Toch is dit niet veel duurder dan de in serie geproduceerde topmodellen van de BH Ultimate Evo. Wat bewijst dat het mits wat zoekwerk best mogelijk is om een unieke – en misschien wel mooiere – fiets op te bouwen die nauwelijks duurder is dan het origineel.

Tijd nu om de testfase in te gaan. De fiets mag er dan wel als een juweeltje uitzien, het is niet de bedoeling dat hij de hele tijd in onze garage blijft staan. Of enkel op de beursvloer valt te bewonderen, zoals tijdens de afgelopen Velofollies op de stand van Tune. Naast de evaluatie van de door ons gekozen onderdelen (goede keuze ja of nee, duurzaamheid), gaan we hem ook de confrontatie doen aangaan met het seriemodel. Afspraak ergens in de lente voor het verdict!

Meer info via
– BH Ultimate Evo
– Tune
– Shimano XTR
– Hutchinson Skeleton
– SR Suntour Axon 34 Werx

Meer info over het BH Unique-programma via: www.bhbikes.com