Olympische Spelen Parijs 2024: de stand van zaken voor de kwalificaties
Door Léo Kervran -
De kwalificatieperiode voor de Olympische Spelen van Parijs 2024 loopt ten einde! Net als bij de Spelen in Tokio wordt deze eind mei afgesloten na de wereldbekermanche in Nove Mesto. Het systeem voor het toewijzen van startplaatsen aan elk land is complex, maar we hebben onze specialisten in de reglementen doen duiken en onze beste stiften en whiteboards tevoorschijn gehaald om de situatie in kaart te brengen. De aparte gevallen Mathieu van der Poel en Peter Sagan, olympische medaillewinnaars die aan de zijlijn lijken te staan, België dat bij de vrouwen naast een plek lijkt te grijpen, … dit is het artikel dat je nodig hebt om alles te begrijpen:
De olympische kwalificatie
Op 28 en 29 juli zullen er zowel bij de mannen als bij de vrouwen 36 renners aan de start staan van de MTB XC-races op de Olympische Spelen van Parijs 2024, of officieel de Spelen van de XXXIIIste Olympiade. Dat zijn er twee minder dan in Tokio, een daling als gevolg van de toename van de atletenquota in andere disciplines en de wens om een relatief stabiel totaal aantal atleten in elke grote familie te behouden (hier het wielrennen).
In vergelijking met het veel grotere peloton tijdens een wereldbekermanche (regelmatig meer dan 100 starters uit ongeveer dertig landen), lijken deze startlijsten uiterst klein en exclusief, maar de Olympische Spelen zijn verre van universeel, wat het olympisch handvest ook zegt. Een aantal atleten uit de top 20 van de wereld, en zelfs de top 10, zullen dus ontbreken, maar daar komen we later op terug.
Het systeem voor het toewijzen van de plaatsen aan de verschillende landen is complex omdat er verschillende manieren zijn waarop een land zich kan kwalificeren voor de Olympische Spelen. Het volgt een hiërarchisch proces, waarvan de eerste stap, die voorrang heeft op alle andere, de ranglijst is van de naties die we hierboven weergeven (de rechterkolom betreft de vrouwen, de linkerkolom de mannen) met de situatie op 23/04/24. Deze ranglijst is speciaal voor de Olympische Spelen opgesteld en verschilt van de UCI-ranglijst doordat het een periode van twee jaar bestrijkt, van 7 mei 2022 tot 26 mei 2024, in plaats van één jaar.
Dankzij deze rangschikking worden 27 plaatsen verdeeld, met de volgende verdeling:
- 2 plaatsen per natie voor de landen van rang 1 tot en met 8,
- 1 plaats per natie voor de landen van rang 9 tot en met 19.
Daar komen drie plaatsen bij die worden weerhouden voor de resultaten van de continentale kampioenschappen van 2023 in Afrika, Azië en Amerika. Per continent wordt een plaats toegekend aan het land dat buiten de top 19 valt op de wereldranglijst en de hoogste ranking behaalt in deze kampioenschappen.
Ook tijdens de wereldkampioenschappen van 2023 vielen er plaatsen te bemachtigen, 4 in totaal. Deze plaatsen zijn voor de twee hoogst gerangschikte landen in de categorieën Elites en U23, en die zich nog niet hebben gekwalificeerd via een van de voorgaande methoden. Ze zijn niet cumulatief, dat wil zeggen dat als een land twee plaatsen kan claimen dankzij zijn prestaties in het WK bij de Elites en U23, er slechts één plaats zal worden toegekend. De plaats bij de Elites krijgt dan de voorkeur en de plaats die behaald werd op het WK bij de U23 zal dan verschuiven naar het volgende land.
Als je goed hebt meegeteld, komen we uit op 34 van de 36 beschikbare plaatsen. Waar komen de andere twee vandaan?
Voor elke race is één plaats gereserveerd voor het gastland, in dit geval Frankrijk. Frankrijk staat echter goed op de ranglijst van landen en heeft al recht op twee plaatsen voor zowel de mannen als vrouwen. Helaas is er geen ‘bonus’ voor een derde startbewijs. Deze gereserveerde plaats wordt in dit geval verschoven naar het land dat het best in de landenranglijst staat en dat zich nog niet heeft gekwalificeerd volgens een van de voorgaande methoden.
Tot slot wordt er nog één plaats gereserveerd voor wat het IOC ‘universaliteit’ noemt, dat wil zeggen het bieden van de mogelijkheid aan Nationale Olympische Comités die traditioneel kleine delegaties naar de Olympische Spelen sturen om op de volgende editie van de Spelen vertegenwoordigd te zijn. Met ‘kleine delegaties’ bedoelt het IOC landen die gemiddeld acht atleten of minder naar de individuele evenementen van de laatste twee edities van de Olympische Spelen hebben gestuurd. De selectie vindt plaats op basis van een aanvraag en een presentatie voor een commissie, de Tripartite Commission for Universality Places. De lijst met landen die in aanmerking komen voor deze plaatsen voor de Olympische Spelen in Parijs is hier beschikbaar: Olympic Games Tripartite Commission Universality Places / Annex 2 – List of Eligible NOCs. Kun je nog volgen?
Dit proces maakt het echter alleen mogelijk plaatsen toe te wijzen aan landen die aan de voorwaarden voldoen, het kwalificeert geen atleten. De enige regels die het IOC heeft opgesteld voor een atleet om deel te nemen aan de Olympische Spelen zijn dat hij of zij op 31 december 2023 18 jaar of ouder moet zijn, en dat hij of zij minimaal 10 UCI-punten moet hebben in de individuele ranglijst die wordt bijgewerkt na het laatste kwalificatie-evenement (de World Cup XCO in Nove Mesto 2024) en te voldoen aan het Olympisch Handvest, waarin met name de Wereld Anti-doping Code wordt vermeld. Vervolgens is het aan elk land om zijn selectie op basis van zijn eigen criteria vast te stellen.
De stand per zaken per land
Op het moment dat dit artikel wordt geschreven, is de landenranglijst bijgewerkt met de resultaten van de wereldbekermanches in Mairiporã en Araxà. Het is dus een voorlopige situatie, aangezien de eindrangschikking pas bekend zal zijn de avond na de World Cup XCO in Nove Mesto, en dus mogelijk zal veranderen in vergelijking met het moment dat je dit artikel leest. We kunnen er echter al enkele interessante lessen uit leren en het laat ook zien dat de wereldbekermanche in Tsjechië voor bepaalde landen of atleten opnieuw beslissend zal zijn.
België
België staat momenteel op de 6de plaats op de ranglijst van de mannen, wat het twee plaatsen oplevert. Met iets meer dan 500 punten voorsprong op de 9de positie (momenteel bezet door Denemarken) zou er al een zeer slechte combinatie van omstandigheden nodig zijn om terug te zakken en slechts één atleet te mogen sturen. Over de selectie bestaan er weinig twijfels: Pierre de Froidmont en Jens Schuermans zullen België vertegenwoordigen op de Spelen. De twee mannen zijn van gelijkwaardig niveau en Schuermans heeft al olympische ervaring. Eén van de twee (of zelfs allebei) zouden we ook in 2028 nog aan het werk kunnen zien op de Spelen van Los Angeles.
Bij de vrouwen zijn de zaken ingewikkelder! Emeline Detilleux lijkt de enige renster te zijn die in Parijs de zwart-geel-rode kleuren kan verdedigen … maar vandaag staat België 21ste op de landenranglijst, dus buiten de eerste 19 kwalificatieplaatsen. Je moet dus een van de andere modaliteiten doorlopen en een beetje duimen. Voorlopig zou ze recht hebben op een plek dankzij de herverdeling van de gastplek die niet door Frankrijk wordt gebruikt. Het puntenverschil tussen de landen is echter erg krap en er staat absoluut nog niets vast. Nove Mesto wordt dus heel belangrijk voor de Belgische!
Nederland en het geval Mathieu van der Poel
Wat met Mathieu van der Poel? In 2023 maakte de Nederlander bekend deel te willen nemen aan de Olympische Spelen XC, maar sinds het olympisch testevenement eind september is hij niet meer op een mountainbike in competitieverband gezien. Zijn voorjaarscampagne was zeer succesvol (winnaar van Parijs-Roubaix en de Ronde van Vlaanderen, 2de in Gent-Wevelgem en 3de in Luik-Bastenaken-Luik), maar het missen van de eerste wereldbekers van het seizoen blijft niet zonder gevolgen.
Op de landenranglijst staat Nederland slechts op de 25ste plaats, ver, heel ver verwijderd van de 19 eerste kwalificatieposities. Zelfs een perfect weekend van Van der Poel in Nove Mesto zou, als hij daar al zou deelnemen, niet genoeg zijn om voldoende omhoog te kunnen springen op de landenranking. We moeten daarom kijken naar de andere kwalificatiemethoden, en naar de plaatsen die worden toegekend dankzij de resultaten van de wereldkampioenschappen van 2023 in het bijzonder.
Het is niet het resultaat van de Nederlander in het WK bij de Elites in Glasgow 2023 dat de doorslag geeft, aangezien Van der Poel na een val al na een paar minuten wedstrijd moest opgeven. Gelukkig voor hem was er de U23-race en Tom Schellekens. Deze jonge Nederlander, die dit jaar op de weg aan de slag is, behoorde vorig seizoen tot de beste beloften in XC en eindigde op de vijfde plaats op het WK U23. De eerste vier in de uitslag behoorden tot landen die zich al op een andere manier hebben gekwalificeerd voor de Olympische Spelen, en dus zou een van de twee plaatsen gereserveerd voor de beste prestaties in het WK naar Nederland moeten gaan (momenteel is de andere voor Zweden). Gered!
Voor de goede orde merken we op dat Groot-Brittannië zich op exact dezelfde manier wist te kwalificeren voor de Olympische Spelen van Tokio in 2021, waardoor Tom Pidcock naar olympisch goud kon rijden. Krijgen we dit jaar hetzelfde scenario?
Bij de vrouwen liggen de zaken heel wat ingewikkelder voor de Nederlandse selectiebonzen. Nederland heeft recht op twee startplaatsen, en na haar sterke prestaties in 2023 ligt Puck Pieterse in pole position (ze heeft haar start van het seizoen op de weg geconcentreerd, maar keert op het EK in Roemenië – waar ze donderdag al zilver veroverde in de shorttrack – terug naar het mountainbiken), maar wie moeten ze kiezen tussen Anne Terpstra en Anne Tauber? Als we de voorgaande seizoenen erbij nemen, lijkt de balans door te slaan in het voordeel van de eerste, maar de resultaten van Brazilië laten ons niet toe dit eenduidig te bevestigen (Tauber werd 7de in Mairiporã, Terpstra 5de in Araxà).
Frankrijk
Gastland Frankrijk staat momenteel bovenaan de ranglijst bij de mannen en tweede bij de vrouwen. Gezien het puntenaantal in beide gevallen bestaat er geen twijfel over: er zullen twee mannen en twee vrouwen aan de start staan van de olympische evenementen. Het valt nog te bezien wie!
Voorlopig ziet het ernaar uit dat de selectie identiek zal zijn aan die van de Spelen van Tokio: Pauline Ferrand-Prévot en Loana Lecomte bij de vrouwen en Victor Koretzky en Jordan Sarrou bij de mannen. Bij de vrouwen is er geen twijfel mogelijk, enkel in het geval van gezondheidsproblemen zal de keuze voor een vervangster ingewikkeld zijn …
Met zijn resultaten in de tweede helft van het seizoen 2023 lijkt de keuze voor Victor Koretzky onvermijdelijk. Voor de tweede plaats bij de mannen was er stof tot nadenken, maar Jordan Sarrou lijkt aan het einde van de Braziliaanse tour in het voordeel te zijn. Omdat hij net als Koretzky tweemaal het podium haalde en omdat hij al olympische ervaring heeft. Ook zijn recente nationale titel in de XCO en zijn overwinning in de World Cup van Snowshoe vorig jaar zijn mooie adelbrieven.
Helaas voor Titouan Carod keerde de vorm niet op tijd terug. De Fransman was eind 2022 onaantastbaar, kampte in 2023 met gezondheidsproblemen en is nog niet terug op zijn beste niveau. Pech ook voor Joshua Dubau, die misschien Jordan Sarrou’s grootste tegenstander was gezien zijn resultaten sinds vorig jaar, maar geblesseerd raakte tijdens de XCC van de tweede wereldbekermanche van dit seizoen, in Araxà, waardoor hij een aantal weken buitenspel staat. De timing kon niet slechter zijn.
Thomas Griot had ook graag een plek willen claimen en zijn rondetijden in de wereldbekers geven aan dat hij snel kan rijden, maar hij moet nog te veel zijn trage starts bekopen. Het aanzienlijk kleinere deelnemersveld op de Olympische Spelen zou in zijn voordeel kunnen werken, maar gezien de podiumplaatsen en de ervaring van Jordan Sarrou zal dit waarschijnlijk niet volstaan om een selectie af te dwingen.
Adrien Boichis werd vorig seizoen vice-wereldkampioen bij de beloften, en dat als tweedejaarsbelofte, en beproefde dit jaar al dapper zijn geluk bij de elites. Parijs komt echter nog te vroeg voor de 20-jarige Fransman, maar hij zou wel eens de grote hoop kunnen worden voor de twee of drie volgende Olympiades!
Zwitserland
Qua aantal startplaatsen bevindt Zwitserland zich in dezelfde situatie als Frankrijk: in elke race zijn twee plaatsen verzekerd. Aan de andere kant is het veel ingewikkelder om te kiezen wie je moet sturen en is de kans groot dat twee of zelfs drie medaillewinnaars van Tokio niet in Parijs aanwezig zullen zijn …
Bij de vrouwen schreef de Zwitserse selectie in Japan geschiedenis door een ongekende hattrick te tekenen: Jolanda Neff werd er olympisch kampioene voor Sina Frei en Linda Indergand. Vandaag heeft een land nog maximaal recht op twee startplaatsen, dus wat er ook gebeurt, deze prestatie kan niet worden herhaald. Linda Indergand toonde de afgelopen weken in Brazilië dat ze goede benen heeft, maar dat valt waarschijnlijk te licht uit vergeleken met de regelmaat van Alessandra Keller in de afgelopen seizoenen. Hetzelfde geldt voor Sina Frei, die in Brazilië niet eens in de top 10 terechtkwam. We wedden dan ook op Jolanda Neff en Alessandra Keller om de Zwitserse kleuren te verdedigen. Of zorgt Nicole Koller voor de verrassing in de selectie?
Bij de mannen is het niet beter: wie kiezen tussen Nino Schurter, Mathias Flückiger, Filippo Colombo, Lars Forster en Thomas Litscher? De eerste drie lijken momenteel een streepje voor te hebben. Hoewel Nino Schurter de XCO niet meer domineert zoals enkele jaren geleden, is hij nog steeds een van de meest formidabele atleten als het gaat om de voorbereiding op een bepaald doel en dat liet hij in 2023 opnieuw zien. En een afwezigheid van de meest succesvolle mountainbiker aller tijden op de Olympische Spelen zou een schokgolf door het XC-wereldje sturen.
Mathias Flückiger, die 2de werd op de OS van Tokio en meervoudig wereldbekerwinnaar, zou een logische tweede keuze zijn. De renner van Thömus Maxon bevindt zich helaas vaak in de schaduw van Schurter, die slechts twee jaar ouder is, maar zijn palmares, zijn ervaring en zijn vechtlust staan niet ter discussie. Feit blijft dat de wereldbekers in Brazilië slecht verliepen voor hem (twee keer 21ste), terwijl Filippo Colombo elke keer op het podium eindigde.
Die Colombo miste een groot deel van het seizoen 2023 door een gebroken pols die hij opliep in Parijs-Roubaix (waar hij uitkwam voor het Zwitserse Q36.5 Pro Cycling Team). De teamgenoot van Nino Schurter binnen het Scott-Sram MTB Racing Team maakte dit seizoen een daverende comeback met twee wereldbekerpodia op rij en de onofficiële status van eerste Zwitser. Hoewel hij nog nooit een World Cup XCO heeft gewonnen, deed hij dat wel al in de XCC.
(Een beetje) wedden op de toekomst of op safe spelen? Dat is de vraag die de Zwitserse federatie zal moeten beantwoorden, en we kunnen ons voorstellen dat de betrokken atleten graag snel willen weten hoe ze hun training daaraan kunnen aanpassen …
En wat met Peter Sagan?
Peter Sagan (hierboven tijdens de wereldkampioenschappen van 2023) daarentegen weet al waar hij aan toe is. De Slovaak (momenteel aan de slag in de Ronde van Hongarije) droomde ervan zijn carrière te beëindigen in het mountainbiken met een deelname aan de Olympische Spelen (lees: Exclusief | Interview Peter Sagan: “Ik ben begonnen met MTB en ik wil eindigen met MTB!”), maar dat zal niet in Parijs zijn. Omdat hij de afgelopen weken verschillende ingrepen aan zijn hart moest ondergaan, kon hij niet deelnemen aan alle races op zijn programma, noch aan de eerste wereldbekers en staat Slovakije te ver achter op de landenranglijst (36ste) om de situatie nog om te keren. We hopen echter dat we hem dit jaar nog aan het werk zien tijdens enkele wereldbekerwedstrijden, al was het maar vanwege het plezier dat hij beleeft aan het mountainbiken!
De andere landen om te volgen
Dit keer kunnen Tom Pidcock en Jenny Rissveds op twee oren slapen. Groot-Brittannië staat 8ste op de ranglijst bij de mannen, Zweden 10de bij de vrouwen, dus beide landen zullen in Parijs minstens één plaats hebben voor hun beste renners. Over het algemeen zijn er geen andere landen of opmerkelijke atleten die de Olympische Spelen zouden kunnen missen, afgezien van de reeds genoemde. Aan de andere kant kan de selectie voor bepaalde federaties nogal lastig worden.
Dat is vooral het geval voor de vrouwen in de VS. Het land heeft recht op twee plaatsen en voorlopig lijken Haley Batten en Savilia Blunk de favorieten, maar daardoor zouden Kate Courtney en Gwendalyn Gibson (die zich helaas net blesseerde) aan de zijlijn blijven staan, of zelfs Kelsey Urban die ook mooie dingen heeft laten zien bij de start van het seizoen.
Ook Italië staat in beide categorieën voor een moeilijke opdracht. Het land heeft telkens twee plaatsen, maar er lijkt geen sterke leider op te staan. Bij de mannen zou Luca Braidot tot de zomer van 2023 onbetwist aanspraak kunnen maken voor een plaats, maar de renner van Santa Cruz RockShox Pro Team is sindsdien flink gedaald in het klassement. Hetzelfde geldt voor Nadir Colledani, die een goede tweede keuze zou kunnen zijn. Aan de andere kant hebben andere renners een aanzienlijke vooruitgang geboekt, zoals Simone Avondetto, de wereldkampioen U23 in 2022, of Juri Zanotti. Persoonlijk zouden we Avondetto kiezen, zowel vanwege het potentieel dat hij in Brazilië liet zien als vanwege het feit dat hij de toekomst is, maar wie moet hem vergezellen?
Bij de vrouwen leken Martina Berta (hierboven tijdens de laatste wereldkampioenschappen) en Greta Seiwald het voor de hand liggende duo, maar Chiara Teocchi kwam zich in de strijd bemoeien met haar 4de plaats in de wereldbeker van Mairiporã. In Araxà kon ze niet bevestigen omdat ze slachtoffer werd van een val, dus ook hier zal Nove Mesto beslissend zijn …
Eindigen doen we met een andere medaillewinnaar in Tokio, die het evenement in Parijs wel eens zou moeten missen: David Valero. Een wisselvallig seizoen in 2023, een naderend einde van zijn carrière (hij is 35 jaar oud) en een volledig anonieme Braziliaanse tournee (39ste en vervolgens 43ste) zouden ertoe kunnen leiden dat de Spaanse federatie zich in plaats daarvan op de toekomst en Jofre Cullell Estape zou concentreren. Die werd 18de in Mairiporã en vervolgens 23ste in Araxà. Niet briljant, maar hij is pas 25 jaar oud en kan profiteren van de ervaring van Valero – aangezien de twee mannen in het BH Coloma Team rijden van Carlos Coloma, de 3de op de Spelen van Rio!
Meer info: