Test nieuw | Rockrider E-Feel 900S: hoger mikken

Hoewel we inmiddels gewend zijn om e-MTB’s in de Decathlon-schappen te zien, heeft Rockrider als fabrikant eigenlijk niet veel ervaring op dit gebied. De Stilus, die lange tijd het speelterrein voor zich alleen had, was in feite een frame dat (zorgvuldig) uit een catalogus was gekozen. We moesten wachten tot 2023 op de eerste echte elektrisch ondersteunde mountainbikes die bedacht, ontworpen en vervaardigd werden door Rockrider. Die E-Expl reeks richt zich met betrouwbare, gebruiksvriendelijke en comfortabele machines op recreatief mountainbiken.

Met die reeks reden we iets minder dan een jaar geleden onze eerste kilometers (lees: Rockrider E-Expl 520 S & 700 S: groot succes in het vooruitzicht) en ze spraken ons zo aan dat we niet konden wachten op het vervolg, wanneer het merk zich zou richten op iets meer ervaren beoefenaars.

Net zoals de Rockrider E-Expl e-bikes de Rockrider Expl-serie van ‘touring’ mountainbikes weerspiegelen, verwachtten we dat E-Feel een elektrische evenknie zou worden van de meer speelse maar nog steeds veelzijdige Feel (zie Rockrider Feel 900 S: de ‘speelfiets’ van het jaar?). Sinds enkele weken zijn de Rockrider E-Feel 700 S, E-Feel 900 S en E-Feel 900 S TE verkrijgbaar bij Decathlon … en ik kan je al net zo goed vertellen dat ze weinig gemeen hebben met de E-Expl.

Ondersteuning: presteren is de boodschap

Op de E-Expl koos Rockrider voor Brose-motoren met een ​​uitstekende autonomie en stille werking. Die motoren zijn comfortabel, werken heel goed en je kunt met een gerust hart vertrekken. Voor de Rockrider E-Feel was er behoefte aan een krachtige en efficiënte ondersteuning zoals de concurrentie doet.

Het was uiteindelijk de oplossing van Shimano waar het merk voor koos, met de nieuwste generatie EP801 op twee modellen en een EP6 die iets toegankelijker is voor het derde lid van de E-Feel familie. Beide systemen bieden dezelfde basiseigenschappen qua vermogen en koppel (600 W en maximaal 85 Nm), maar de EP801 is een paar honderd gram lichter dan zijn kleine broertje (2,7 versus 3,0 kilogram).

Aan de batterijkant zit iedereen echter in hetzelfde schuitje met de geïntegreerde en – via de onderkant van de diagonale buis – verwijderbare 630 Wh batterij die door Shimano is ontworpen. De Japanse fabrikant heeft echter batterijen met een hogere capaciteit van andere specialisten, zoals Darfon of Trendpower (700, 720 en zelfs 900 Wh) gevalideerd om met de Shimano-motor te werken, maar Rockrider heeft ervoor gekozen om bij een compleet Shimano-systeem te blijven. Dit heeft als voordeel dat de batterij kleiner en lichter is, waardoor er meer vrijheid ontstaat voor het ontwerp van de fiets en het beheersen van het (extra) gewicht dat de ondersteuning met zich meebrengt.

Veringen en geometrie: goed in zijn tijd

“De ophanging en geometrie zijn niet elitair, maar we hebben geprobeerd iets te maken dat logisch is”, legt Quentin Derbier uit, de voormalige 4X-renner (wereldkampioen in 2018 en vice-wereldkampioen het jaar ervoor) die nu testpiloot is voor Rockrider en betrokken is bij de ontwikkeling van de Feel en E-Feel families.

De E-Feel krijgt aan de achterkant een veerweg van 150 mm en is ontworpen voor vorken van 160 mm. Waarden die goed overeenkomen met het idee dat we hebben van een veelzijdige e-bike, met voldoende reserve om plezier te hebben in de bergen, maar zonder dat deze veerweg overdreven is op zachtere hellingen.

De architectuur met een Horst Link ligt dicht bij de Feel zonder ondersteuning, terwijl de E-Expl gebaseerd is op een eenvoudigere single pivot. Quentin legt uit: “We hebben aan de ophanging gewerkt om meer dynamiek te bieden dan bij de E-Expl, het achterwiel beweegt minder naar achteren.”

De geometrie volgt dezelfde richting, met een balhoofdhoek van 65°, een zitbuishoek van 76,5° en een reach van 445 mm in maat M of 465 mm in maat L. Dat is niet heel lang, maar we mogen niet vergeten dat we op een Rockrider zitten, dus een fiets die gemakkelijk te hanteren moet zijn, en dat het gewicht van e-bikes over het algemeen betekent dat ze een iets kortere reach moeten hebben dan fietsen zonder ondersteuning met dezelfde veerweg, om een ​​minimum aan levendigheid bij richtingsveranderingen te behouden.

De liggende achtervork meet 465 mm in alle maten, dat is niet de kortste en we zullen moeten zien hoe dit deze levendigheid beïnvloedt, maar het zou het voordeel moeten hebben dat het voorwiel niet van de grond komt op de steilste hellingen. De wielen zijn in 29″, er is geen mullet-versie of -optie (27,5″-wiel achter en 29″ voor).

Produceren in Canada, deugdzamer?

Achter deze vrij klassieke technische fiche verbergt de Rockrider E-Feel een bijzonderheid, vooral op dit prijsniveau (tussen 3500 en 5500 euro): de frames worden in Canada gemaakt in plaats van in Azië.

Voor Rockrider voldeed deze keuze aan verschillende eisen. Allereerst wordt ons verteld over hogere kwaliteitseisen dan voor de meer toegankelijke modellen. Klanten betalen meer, dus het frame moet perfect afgewerkt zijn. Het gebruik belooft ook intenser te zijn, de aanpassingen moeten daarom nauwkeuriger zijn om beter met de beproevingen om te gaan.

Een ander belangrijk argument is dat de productie voor 100% gebaseerd moet zijn op waterkracht. De verschillende stadia van de productie van een aluminium frame zijn zeer energie-intensief en bij gebrek aan nieuwe revolutionaire processen maakt de keuze voor een niet-fossiele energiebron het mogelijk om deze impact te verminderen. De productie in Canada biedt ook meer zekerheid over de sociale verantwoordelijkheid van leveranciers en de arbeidsomstandigheden van werknemers.

Ten slotte krijgen we ook een strategische reden te horen: voor het merk is het een kwestie van het openstellen van zijn panel van frame-leveranciers, om in de toekomst meer opties te hebben en indien mogelijk over de hele wereld te distribueren in plaats van alle eieren in één mandje te leggen. Je weet immers nooit wat de toekomst brengt.

Joseph de Poortere, een van de ingenieurs, herinnert ons er ook aan dat het altijd een goede zaak is “te proberen te produceren waar je verkoopt.” Als Rockrider zijn zinnen heeft gezet op de Noord-Amerikaanse markt, bespaart het hebben van een deel van de productie ter plaatse al één reis vergeleken met de productie in Azië en twee te beheren zendingen, naar Europa en Noord-Amerika.

De belangrijkste markt van het Franse merk blijft echter ongetwijfeld Europa. Waarom de productie van de frames dan niet naar hier repatriëren, als het toch best is om te ‘produceren waar we verkopen’? “Het vervaardigen van frames is het meest ingewikkelde om terug te brengen naar Frankrijk”, antwoordt Rémi Lozac’h, een andere productingenieur. Hij vervolgt: “Maar alle elektronica en de kunststoffen worden in Frankrijk of in Europa gemaakt.” Feit is dat onze regio volgens Rockrider niet meer de kennis heeft om de high-end fietsframes van deze modellen op grote schaal te produceren. “Een eenvoudige stalen kinderfiets wordt in Europa of zelfs in Frankrijk gemaakt. Het probleem is het topsegment, in aluminium, omdat de knowhow in Azië zit”, legt Rémi uit. In Azië … of in Canada!

Rockrider E-Feel: modellen en prijzen

De Rockrider E-Feel familie bestaat uit drie modellen, of beter gezegd drie varianten van hetzelfde model op verschillende niveaus. Er is feitelijk slechts één E-Feel frame in de Rockrider-catalogus, het hier gepresenteerde frame met een veerweg van 150/160 mm. De enige verschillen zitten in de onderdelen.

Degenen die goed hebben opgelet, zullen een lichte overlap tussen de E-Feel en E-Expl reeksen hebben opgemerkt: de E-Feel 700S heeft dezelfde prijs als de E-Expl 700S. In onze ogen is dit niet per se inconsistent aangezien deze twee machines hetzelfde niveau in het gamma hebben (700) en voor Rockrider is het ook niet vervelend omdat de twee machines niet voor hetzelfde gebruik bedoeld zijn: snel en intens voor de eerste, lang en rustig voor de tweede.

Rockrider E-Feel: de eerste test

Om kennis te maken met deze nieuwe Rockrider E-Feel trokken we een dag naar de Decathlon Mountain Store in het Franse Passy, recht tegenover de Mont Blanc. Het is hier dat de teams van Rockrider die verantwoordelijk zijn voor de e-bikes al enkele jaren hun basis hebben en het is ook op deze paden dat we afgelopen jaar de E-Expl konden ontdekken. Genoeg om enkele vergelijkingselementen te hebben! Tot onze beschikking staan ​​twee machines: de E-Feel 900S TE en zijn luxe uitrusting aan de ene kant, de iets toegankelijkere E-Feel 900S aan de andere kant.

Eens op de fiets, voel je je zoals gewoonlijk meteen goed thuis en de eerste trapsensaties zijn elke recente e-bike waardig. Helaas kunnen we niet hetzelfde zeggen over de ergonomie van de cockpit vanwege één detail, maar oh zo belangrijk: de keuze voor Shimano EN600-hendels (alleen voor de ondersteuning op de 900S TE en 700S maar ook voor de aandrijving op de 900S).

Deze bediening met twee knoppen is niet erg praktisch en heeft alles van een ‘low-end’ versie van de uitstekende EM800 die vaker te vinden is op e-mountainbikes uitgerust met Shimano-ondersteuning. Voor de bediening van de ondersteuning kan het er nog mee door, omdat je niet zo vaak van modus wisselt als van versnelling, maar het hebben van dezelfde hendel aan de andere kant van het stuur voor de aandrijving op de E-Feel 900S (foto hierboven) is echt een foute keuze. We begrijpen dat deze minder duur is dan een echte Di2-shifter zoals op de Team Edition-versie, maar de knoppen zijn niet gemakkelijk toegankelijk en in de technische secties is het lastig om snel van versnelling te veranderen.

Jammer, want verder biedt de E-Feel een volkomen bevredigend rijgedrag tijdens het klimmen. De voorkant van de fiets komt zelfs op steile hellingen niet omhoog, je glijdt door een reeks bochten zonder te forceren en de Shimano-ondersteuning – of het nu de EP801 of EP6 is – werkt zacht en biedt een natuurlijk trapgevoel in plaats van een geforceerd zoals bij sommige concurrerende systemen.

In de zojuist genoemde technische passages is de vering behoorlijk stevig. Vergeleken met de E-Expl is het verschil duidelijk en als je minder comfort hebt, levert dit ook een fiets op die minder doorzakt bij het nemen van obstakels en die makkelijker snelheid oppikt zodra het terrein minder ruw wordt. Aan de andere kant vereist dit ook een preciezere en beter gecontroleerde besturing, vooral met de Rockrider Grip 500-banden.

Aanvankelijk moest de E-Feel worden uitgerust met efficiëntere Grip 900-banden (sterker karkas, zachter rubber) maar zorgen over levertijden waren voor het merk aanleiding om over te stappen op de Grip 500 om de fietsen dit voorjaar nog in de winkels te kunnen aanbieden. Deze banden presteren respectabel, maar we moeten erkennen dat ze qua grip ver verwijderd zijn van de benchmarks van de grote merken. Op natte of drassige ondergrond slippen de wielen gemakkelijker weg dan we gewend zijn. Dit is duidelijk een punt van evolutie voor de fiets, en we hopen dat Rockrider binnen een paar maanden de kans krijgt om de Grip 900-banden uit te brengen.

Bergaf is de fiets ongetwijfeld levendiger dan de E-Expl en biedt hij een rijgedrag dat veel dichter bij de e-bikes ligt die we regelmatig testen. Begrijp hieronder dat het een fiets is die goed reageert op echt actief rijden en waarop je gemakkelijk het ritme kunt variëren, soms rustig en soms meer aanvallend. Ook de vering draagt ​​bij aan dit dynamischere fietsgevoel. De E-Feel is ook geen machine die een ervaren hand vraagt om hem te temmen.

Qua uitrusting waarderen we de keuze voor een groot chassis voor de vork (ZEB op de E-Feel 900S TE, Domain op de E-Feel 900S) wat zorgt voor een zekere stabiliteit aan de voorkant bij het ondersteunen, landen en remmen. We houden ook van de Freeshift-functionaliteit op de twee modellen die zijn uitgerust met de Di2-aandrijving, waarmee je kunt schakelen zonder te trappen (de motor drijft het kettingblad aan, maar niet de cranks). Het kost wat tijd om te onthouden dat het bestaat en om na te denken over het gebruik ervan, maar als je dat eenmaal beet hebt, is het erg handig om te anticiperen op kleine beklimmingen of passages waarvoor misschien een paar pedaalslagen nodig zijn.

Deze toenadering tot de referenties van het genre nodigt echter ook uit tot een vergelijking, en dan blijkt dat niet alles flatterend is voor de E-Feel. De fiets ziet er van voren bijzonder zwaar uit, en ondanks de ‘kleine’ batterij (desalniettemin 630 Wh) wordt het gewicht niet zo goed beheerd als bij andere. Dit vergt soms wat inzet aan de voorkant om een ​​lijn vast te houden en je voelt dat je een beetje tegen de machine vecht als je probeert deze op te lichten om over wortels of een steen te vliegen. Het weerhoudt je er zeker niet van om te gaan rijden, maar kritische mensen die hoopten een perfecte fiets te vinden die enkele duizenden euro’s goedkoper is dan bij de concurrentie, zullen een beetje ontevreden achterblijven. Het is aan iedereen om uit te maken of de onverslaanbare verhouding tussen de onderdelen en de prijs hen helpt om hier overheen te komen of niet …

Na het segment e-bikes die vanuit elk oogpunt toegankelijk zijn, lanceert Rockrider met dit E-Feel gamma een nieuw segment. Hier praten we over rijplezier, prestaties en vereisten. Vanuit het oogpunt van de samenhang van het gamma is het logisch omdat het nodig was om een elektrische evenknie van de Feel aan te bieden. Onze eerste testrit met de E-Feel liet echter een minder verpletterende indruk achter dan die met de E-Expl. De fietsen hebben niet echt concurrentie in deze prijs-kwaliteitsklasse en daarom zal het altijd moeilijk zijn om ze te vergelijken met fietsen van andere grote merken, maar het leek ons ​​dat het platform zelf, de werking van het frame, nog verder verbeterd kan worden om de fiets als ‘sportief’ te beschouwen, vooral omdat naar ons gevoel het gewicht iets te ver naar voren ligt. Desalniettemin zijn de E-Feel modellen correcte en vooral goed ontworpen e-mountainbikes die je vrijwel overal kunnen vergezellen zonder te verzwakken. We zouden er graag nog meer rijplezier van terugkrijgen, maar nogmaals, gezien wat we al hebben voor deze prijs is dat een toegeving die we nog willen maken. En als Rockrider met deze modellen de maan al zou bereiken, wat zou er dan nog overblijven voor de rest?

Meer info via www.decathlon.be