Test | Shimano XT 11/46-cassette: speciaal bedacht voor een enkelvoudig kettingblad
Door Olivier Béart -
Zou ook jij graag met een enkelvoudig kettingblad rondrijden? Dan volstaat het niet om enkel vooraan een kettingblad weg te nemen, maar moet je er ook aan denken om achteraan je cassette aan te passen. Voor zij die geen zin hebben om alles van de fiets te gooien en over te stappen op Sram, of zij die geen zin hebben om te ‘knutselen’ met kransjes van andere merken die niet altijd gespecialiseerd zijn in aandrijvingen, heeft Shimano onlangs een 11/46-cassette op de markt gebracht die deel uitmaakt van de XT-groep. Door de wat apartere schakelstappen roept ze echter ook vele vragen op. Vragen waarop we zo gedetailleerd mogelijk proberen te antwoorden tijdens deze test:
In die context werd vorig jaar in april de Shimano XT 11/46-cassette voorgesteld. Het is momenteel het enige ‘wide range’-model van het merk, want noch de SLX, noch de XTR kunnen op deze vertandingen rekenen. Zij moeten tevreden zijn met de klassieke 11/40-cassette, of de 11/42. Deze laatste is al iets geschikter voor een enkelvoudig kettingblad, ook al zal ze voor heel wat bikers in bepaalde situaties nog wat nipt zijn. Maar we vermoeden dat het hier om een test gaat bij Shimano en we twijfelen er dan ook niet aan dat de andere modellen zullen volgen door eenzelfde cassette aan te bieden, moest de XT 11/46 aanslaan.
De sleutel tot meer veelzijdigheid is het uitgebreide bereik van de beschikbare versnellingen
Waarom is zo’n cassette zo belangrijk? Omdat bij het gebruik van een enkelvoudig kettingblad, behalve de grootte van het kettingblad zelf, ook het uitgebreide bereik van de beschikbare versnellingen achteraan, meer veelzijdigheid zal bieden aan de gekozen aandrijving. Want waar wedstrijdrenners op een XC-parcours geen probleem zullen hebben met een kettingblad van 32 tanden vooraan en een groot kransje van 40 tanden achteraan, dan zullen de meesten onder ons daarmee al snel hun limiet bereiken.
Denk maar aan de marathonrijders die zowel vlot berijdbare paden als supersteile hellingen voor de wielen krijgen. Of endurorijders die snelheid willen maken in de specials en hun krachten willen sparen tijdens de verbindingsstukken. Of de gewone tochtrijder die wordt aangetrokken door de eenvoud van een enkelvoudig kettingblad, maar die misschien wordt afgeschrikt doordat hij of zij bang is om een tandje te kort te komen op steile hellingen of om zich compleet leeg te moeten rijden op lange hellingen.
We kunnen dit bereik ook in procenten uitdrukken. Hoe hoger de waarde, hoe veelzijdiger: 364% voor een 11/40-cassette, 382% voor een 11/42, 418% voor een 11/46, 420% voor een 10/42 tot 500% voor een Sram Eagle 10/50 12-speed.
Om dit bereik te bekomen moet je keuzes maken. Ofwel overstappen naar een 12-speed zoals Sram heeft gedaan met de Eagle, maar dat betekent ook dat het concept van de aandrijving volledig opnieuw moet worden uitgedacht, ofwel aanvaarden dat er grotere ‘gaten’ zitten in de schakelstappen tussen bepaalde versnellingen. En het is daar dat Shimano met een best wel atypische oplossing op de proppen komt.
De schakelstappen van de eerste tien kransjes zijn identiek aan deze van een 11/42-cassette en het is pas bij het laatste kransje van 46 tanden dat je een verschil merkt. Dit laatste grote kransje doet dus een beetje dienst als een overdrive, of een versnelling die zekerheid moet bieden in geval van nood. Om wat duidelijker te zijn, zijn dit de schakelstappen bij Shimano: 11-13-15-17-19-21-24-28-32-37-46, terwijl deze bij de Sunrace 11-speed, de grote concurrent, als volgt zijn: 11-13-15-18-21-24-28-32-36-40-46. Alvorens we overgaan naar de terreintest om te kijken of dit alles een goed idee is, eindigen we nog met een blik op de weegschaal:
Op onze weegschaal kwamen we uit op een gewicht van 441 gram. We kunnen dan ook niet meteen zeggen dat onze Shimano XT 11/46-cassette een lichtgewicht is. Maar uiteindelijk is dit slechts 30 gram meer dan de 11/40-cassette van de XT 2×11-groep. Als je daar dan nog het gewicht aftrekt van het kleine kettingblad, de voorderailleur, de kabels en de shifters, dan slaat de balans ruimschoots over in het voordeel van de 1×11. Nog een vergelijking: de Sram XX1 Eagle is ‘slechts’ 80 gram lichter. Maar deze heeft wel een extra kransje. En de Sunrace 11/46 komt volgens het merk uit op 465 gram. De prijzen dan. De Shimano XT 11/46 kost evenveel als de 11/40 en 11/42: 109,95 euro. Maar het is wel moeilijker om hem met forse kortingen te vinden in de grote shops. Althans op dit moment. Om even te vergelijken, een Sunrace 11/46 kost een twintigtal euro minder.
Shimano XT 11/46-cassette: de terreintest
Het eerste goede nieuws is, dat je enkel de cassette moet wisselen om met een Shimano XT 11/46 te rijden. De Shimano 11-speed derailleurs aanvaarden zonder morren dit grote kransje, en het volstaat om met het stelschroefje het bovenste derailleurwieltje ver genoeg van het kransje te brengen! Verder vervaagt onze eerste vrees al snel: het schakelen van het kransje met 37 tanden naar dat van 46 tanden verloopt zeer vlot. Je zou niet zeggen dat er negen tanden verschil zijn. Knap, maar we weten al langer dat Shimano een meester is in de delicate ‘shifting’-kunst.
Wat de schakelstappen betreft, is de weg die Shimano koos in meerdere opzichten interessant. Bij een gebruik in marathons en sportieve tochten op gevarieerd terrein, beschik je onderaan de cassette over schakelstappen die dicht bij elkaar liggen; zaak om geen gaten te voelen op bepaalde momenten. Idem bij een gebruik in enduro, waar de gebruikte versnellingen in de specials natuurlijke schakelstappen kennen. Goed gezien!
Je moet deze cassette dan ook eerder beschouwen als een 10+1 dan als een heuse 11-speed. Tijdens de relaxte verbindingsstukken in enduro is dit perfect, want met de 46 tanden kan je rustig peddelen. Of je kan er ook van profiteren om vooraan, in combinatie met de 46 tanden achteraan, te kiezen voor een groter kettingblad (een 34 gaat goed samen met 27,5″-wielen). Maar bij een competitief gebruik in crosscountry en marathons zou de schakelstap van 37 naar 46 tanden er wel eens voor kunnen zorgen dat je het ritme van de groep niet meer kan volgen. Om een concreet voorbeeld te geven: je zit in het wiel van een andere biker, maar de helling wordt te zwaar om te beklimmen op je 37. Je schakelt naar het volgende kransje en paf, je trapt te pletter aan een hoog trapritme om toch maar niet het contact met de groep te verliezen. Je ziet het, ook al biedt deze cassette voordelen, het is ook geen wondermiddel. We kunnen dan ook eerder spreken van een mooi compromis.
Verdict:
De cassette zou even betrouwbaar en sterk moeten zijn dan zijn kleinere 11/40 en 11/42 soortgenoten, want alles laat uitschijnen dat dit het geval is, ook al hebben we hier geen duurtest uitgevoerd. De 11/46-cassette is verder niet te duur, makkelijk te monteren en het is geen huzarenstukje om de derailleur af te stellen: de Shimano XT 11/46 is dan ook zeer interessant voor tochtrijders en zelfs perfect voor enduro. De sportievere renners zullen waarschijnlijk op zoek zijn naar een oplossing die nog meer op punt staat en met gelijkmatigere schakelstappen. Voor wie de ultieme veelzijdigheid wil koppelen aan optimale schakelstappen, is er op dit moment geen andere keuze dan de Sram Eagle 12-speed. Maar als je niet over de middelen beschikt om zo hoog te mikken, dan is de oplossing van Shimano meer dan acceptabel!
Link naar de website van Shimano