Tortour Gravel: een eerste gravelrace die smaakt naar meer
Door Juul van Loon -
Na meer dan twintig jaar mountainbike-marathons en incidenteel een wedstrijd op de weg, besluit ik dat het éindelijk tijd is om kennis te maken met die ‘nieuwe’ rage: het gravelbiken. Met behulp van een door Origine Cycles beschikbaar gestelde fiets kies ik voor de hard-way. Het Nederlands kampioenschap is mijn eerste race, een week later rij ik al de prachtige Tortour Gravel. Die driedaagse rondom de Zwitserse hoofdstad Zürich is de perfecte vuurdoop in een heerlijke fietsdiscipline.
Het moet meer dan vijftien jaar geleden zijn dat een fietsmaat een foto van de mtb-marathon van Grafschaft naar me stuurde. Daarop stond een biker op leeftijd die met een gedateerde 26-inch hardtail mét racefietsstuur over een van de gravelpaden van het Duitse Sauerland naar beneden racete. We hadden net daarvoor met zijn tweeën ernstig afgezien op de loodzware beklimmingen van deze meer dan 100 kilometer lange marathon en tot frustratie van m’n toenmalige reisgenoot waren de afdalingen weinig spectaculair geweest. Alles schotter, gravel op z’n Duits. ,,Zie je wel”, zei hij, doelend op de foto. ,,Het was gewoon boswielrennen.” Dat hij daar misschien wel als een van de eersten de potentie van het nu zo hippe gravelbiken ontdekte, hadden we toen natuurlijk niet in de gaten. Wel dacht ik: boswielrennen of niet, eigenlijk vind ik het wel lekker dat die marathon voor bijna 100% uit gravel bestaat. De races worden er sneller en tactischer door, en daar hou ik als technisch iets minder begaafde biker wel van. De opmars van het gravelbiken in het laatste decennium verbaast me dan ook niet, en ik volgde het altijd met interesse. Maar, zelf een keer fietsen op een gravelbike, laat staan deelnemen aan een wedstrijd, dat kwam er ondanks die vijftien jaar geleden al vastgestelde liefde voor het boswielrennen nooit van. Tot nu. Het is oktober en na een intensief marathonseizoen krijg ik de kans om op een Origine Graxx (onze test van die Franse fiets lees je hier: Test Origine Graxx II: is the sequel beter dan het origineel?) het gravelbiken te ontdekken. De Tortour Gravel, een driedaagse die start in Zürich, heb ik niet voor niets uitgekozen als eerste evenement. Vanwege mijn broer Dick, die met zijn gezin in die omgeving woont, ken ik het gebied goed én kan ik het mooi combineren met een familiebezoek. Omdat ik zie dat een week eerder het Nederlands kampioenschap gravel in Epe wordt gehouden, besluit ik dat ook mee te pakken. Dat ik op de vlakke zandpaden van dat parcours een heerlijke dag beleef, zegt veel over de Origine (die zit meteen als gegoten) en hoe de discipline me bevalt. Tijdens het NK kom ik mezelf goed tegen, maar ik geniet die week vanaf minuut één dat ik op de gravelbike fiets. Dus sta ik met vertrouwen en vooral heel veel zin aan de start van de Tortour Gravel. Alleen: echt klimmen en dalen heb ik nog nooit gedaan op een gravelbike. Laat staan als koers en in een grote groep. Gelukkig begint de Tortour op vrijdag met een Warm-Up Ride. In groepen van een man of twintig, onder leiding van ervaren lokale coureurs, rijden we een rustig rondje van een kilometer of 20 om met elkaar kennis te maken. Ideaal om het gevoel van bergop en bergaf nog wat in de vingers te krijgen. De Tortour start elke dag bij Hotel Zürichberg. We hebben geluk: het is eind oktober, maar het is een echte Indian Summer in Zwitserland. Weinig wind, 20 graden en op wat mist in de ochtend na een stralend zonnetje. Het eerste stuk van de openingsetappe van 90 kilometer en 1900 hoogtemeters is geneutraliseerd. Logisch, want we rijden deze zaterdagochtend vroeg een flink deel van de stad door. Als we bij het eerste stuk bos zijn aangekomen, hergroeperen we en daar is de start heerlijk simpel. Er ligt een mat van de tijdwaarneming, waarachter het rustig opstellen is en we nog een korte briefing krijgen. Het belangrijkste: hou rekening met andere recreanten en het verkeer, want we rijden op de openbare weg. Die is, op een enkel punt na, niet afgezet. Prima in mijn ogen, als je het maar weet en er dus rekening mee houdt. De rust van het geïmproviseerde startvak is na het startschot snel weg. De snelheid schiet omhoog. We jagen licht bergop en bergaf over vooral brede bospaden, maar ook grindpaden aan de rand van de stad. Ik kan me voorin handhaven, maar vooral naar beneden moet ik echt nog even wennen. Het duurt daarom niet lang voordat ik de eerste drie coureurs moet laten gaan. Gelukkig kom ik in een mooie achtervolgende groep terecht en daar kan ik optimaal genieten van dat wat gravelbiken net dat beetje anders maakt dan mountainbiken of wegwielrennen. Het is veel minder man tegen man dan tijdens een mtb-marathon, maar met alleen maar schuilen, zoals tijdens een wegkoers, kom je er ook niet. We leggen met z’n vijven elkaar het vuur aan de schenen op een paar kortere en langere beklimmingen, draaien mooi rond op een tussenstuk met wat meer asfalt en overleven ieder voor zich de enige modderstrook van de route, nabij het vliegveld Kloten. Als we ook de langste klim van de dag met elkaar boven komen, een kansloze demarrage van een van mijn concurrenten sterft in schoonheid en we na wat twijfel over de te nemen route elkaar weer vinden, is het wel duidelijk dat op de laatste strook bergop beslist zal worden wie vierde wordt. Ik heb ondertussen wel gemerkt dat ik bergop bij de betere hoor. Waar ik normaal gesproken bij een mountainbikewedstrijd daar eerder actie op had ondernomen, heb ik me nu bewust wat gespaard om alles op de slotklim te zetten. Daar ga ik al vroeg aan. Ik krijg één concurrent mee, maar omdat ik op de kaart de finale goed heb bestudeerd, kan ik ook hem net voor de streep achter me laten. Vierde dus, en daar ben ik tevreden mee. Toch leg ik voor de laatste etappe van 75 kilometer en 1380 hoogtemeters de lat hoger. Ik voel me inmiddels ook bergaf volledig comfortabel en als ik naar het profiel van de rit kijk, formuleer ik voor mezelf de ambitie om zo lang mogelijk met de top 3 van de rit van zaterdag mee te gaan. Het zal in het begin veel bergop gaan, en daarna vooral een snel parcours zijn. Als ik die openingskilometers en de lange afdaling die volgt overleef, moet het mogelijk zijn. Na een veel kortere neutralisatie en een rollende start is het bal in het begin meteen weer geopend. We vliegen met een grote groep door een gebied waar flink wat locals hun zondagochtendwandeling maken (al dan niet met hond) en dat is niet altijd een ideale combinatie, ook omdat er nog niet echt scherprechters zijn die de groep kleiner maken. Ook blijft het opletten met het oversteken van wegen, al gaat dat verder overigens prima. Ik ben blij als de klimmen selectiever worden, al herinnert me dat ook weer aan mijn plan: er zo lang mogelijk bij blijven. Auw dus. Ik moet alle zeilen bijzetten om het wiel van mijn voorgangers te houden, maar het lukt. Als ik boven op de hoogste top achter me kijk, zie ik niks meer. Voor me rijden nog drie man. Missie, voorlopig dan, geslaagd. De etappe is nog lang, maar ik kan gelukkig wat herstellen van de inspanningen in de openingsfase. Op wat onverwachte speldenprikken na werken we prima met elkaar samen. Ik ben op pad met de drie prototype renners die in het gravelbiken bij elkaar komen: een klassieke wegrenner, een echte mountainbiker van het type klimmer en een op en top gesoigneerde coureur die het gravelbiken overduidelijk al volledig heeft omarmd. Ik ben daar inmiddels ook wel mee bezig, want ik heb er echt plezier in.
De onverharde paden aan de zuidkant van Zürich zijn perfect voor deze discipline. Niet spectaculair, wel mooi en afwisselend. Regelmatig ook wat asfalt, soms wat dorpjes door, maar vooral glooiend en met mooie vergezichten, al worden die soms verpest door wat mist. Technisch is het niet lastig, alles is breed. Op misschien 30 meter na. Het is net wel daar dat ik onder druk kom te staan door een actie van ‘de MTBer’. Die trekt daarvoor ineens vol door op een brede asfaltklim en zet die actie door het smallere paadje in. Ik moet in de daaropvolgende afdaling een meter of 50 laten, maar gelukkig valt het daarna stil en wordt de strijdbijl weer even begraven.
Opnieuw komt het dus aan op de laatste klim, dezelfde als op zaterdag. Nu hoef ik niet te denken aan zelf demarreren. Het enige dat erin zit is volgen. Gelukkig staat mijn broer halverwege voor wat aanmoedigingen, want eigenlijk gaat het me te hard. Net, maar dan ook net, hou ik het laatste wiel. Als het iets voor de top stilvalt, besluit ik door een instinctieve reactie zelf maar te versnellen. Het mag geen naam hebben, ik trap mezelf volledig op mijn adem en kan een kleine 2 kilometer later in de eindsprint niks meer betekenen. Weer vierde dus, en die plek bezet ik ook in het eindklassement.
Belangrijker: ik heb op een fijne manier kennis kunnen maken met het gravelbiken. Het NK in Epe als opmaat, de Tortour Gravel als ideale vuurdoop. Want alhoewel ik geen vergelijkingsmateriaal heb en deze wedstrijd niet in de buurt komt bij de afstand van de iconische races als Unbound in de VS (320 kilometer), is het in Zwitserland wel écht gevarieerd gravelen. Bovenal: er hangt een fijne sfeer en het is strak georganiseerd.
De Tortour was in het verleden een meerdaagse wedstrijd voor crossers en is in de laatste jaren geëvolueerd tot gravelrace. Het is niet massaal, wel met een ontspannen sfeer. Je kunt kiezen voor fanatiek koersen (zoals ik deed) of lekker toeren en optimaal genieten van de prachtige omgeving. Mocht je daar tijdens het fietsen niet aan toekomen, dan is daar altijd nog het terras van Hotel Zürichberg, waar je met een prima finishmaaltijd prachtig uitkijkt over de Zürich-See. Alleen dat smaakt al naar meer!
Ook zin gekregen in de Tortour Gravel? De datum voor dit jaar is nog niet gekend, maar neem zeker al eens een kijkje op de website: www.gravel.tortour.com
Wil je meer weten over de Origine Graxx, lees dan zeker onze review even na: Test Origine Graxx II: is the sequel beter dan het origineel?